Tinner’s Trail Pendeen

Als je aan mijnen denkt in Engeland dan denk je ongetwijfeld aan het noorden. Je weet wel … Arthur Scargill vs. Margaret Thatcher, The Full Monty, Brassed Off, UB40 …

Maar ook het zuiden heeft zijn mijnen. Het zijn dan wel tin- en kopermijnen in plaats van steenkoolmijnen. Het noorden van Cornwall was ooit het centrum van de wereld wanneer het op tin en koper aankwam. De laatste mijn werd na een lange doodstrijd in 1990 gesloten. In de Geevor mijn was de laatste ploeg in april 1986 terug naar boven gekomen.

Mijn wandeling van vandaag stond in het teken van de mijnen. Vertrekplaats was de mijn van Geevor waar nu een heel interessant museum is maar dat is voor straks. Overal langs de kust zie je restanten uit de hoogdagen staan : vervallen stookhuizen met hun typische schoorstenen, af en toe eens restanten van de liften waarmee de mijnwerkers afdaalden.

Even zat ik wel op een verkeerd spoor maar samen met vier lotgenoten die dezelfde fout als ik hadden gemaakt hebben we een hoger gelegen pad gevonden dat veel aangenamer om wandelen was.

Na een drie uur wandelen (inclusief lunchpauze) was ik terug aan het museum. Best wel een interessant museum. Vooral the mill was indrukwekkend. Daar werden vroeger tonnen erts verwerkt zodat er uiteindelijk tin, koper en arsenicum overbleef. Je kon ook nog een “ondergronds” gedeelte bezoeken maar dat heb ik aan me voorbij laten gaan.

IMG_9250.JPG

IMG_9297.JPG

IMG_9346.JPG

IMG_9412.JPG

endo.JPG

Port Isaac & the South West Coast Path

Dag 2 begon grijs, heel grijs. Tenminste toen ik mijn gordijn opendeed toch. Toen ik een uurtje later aan mijn full Cornish breakfast bezig was deed de zon al behoorlijk haar best om het grijs weg te werken. De wolken zijn niet volledig verdwenen maar ik heb wel veel zon gezien ook.

Eigenlijk is dit zelfs mijn favoriete weer. Zonder wolken is Engeland immers niet zo mooi. Er moeten wolken zijn. Witte wolkjes, grijze dreigende wolken. Het maakt niet uit, als ze er maar zijn.

Bestemming voor vandaag was Port Isaac, de streek van Doc Martin. Enkele jaren geleden had ik een hotel geboekt in Port Gavern en liep ik, toen ik wilde inchecken in mijn hotel, recht in de armen van Martin Clunes. Bleek dat het hotel werd gebruikt voor opnames en ze waren dus vergeten om dat tegen mij te zeggen.

Port Isaac zelf is een oud visssersdorpje. De pier is gebouwd ten tijde van Henry VIII. Het huidige dorpje dateert eerder uit de 18e en 19e eeuw. Er wordt nog steeds gevist, vooral op krab en kreeft.

In Port Isaac begon ook mijn wandeling voor vandaag. Via het South West Coast Path, dat ik gisteren ook lang heb gevolgd, ging ik naar Port Quin. Dit pad is het langste wandelpad in het Verenigd Koninkrijk en gaat van Minehead in Somerset naar Poole Harbour in Dorset via de kusten van Cornwall en Devon. Totale lengte is 1.014 km maar ik zal er vandaag zo’n 6 van hebben gedaan.

Het is een heel mooi pad maar soms oh zo moeilijk. Vandaag was zeker geen peuleschil. Het pad op zich is op sommige plekken zo’n 30 cm breed en 10 cm diep. Naast het pad zijn talloze verborgen putten of “grachtjes”. Dan zijn er ook nog struiken met pijnlijke stekels en uiteraard ook netels en distels. Extra voor vandaag waren trappen, veel trappen. En dan van die trappen die allemaal een verschillende lengte, breedte of diepte hebben. Vermoeiend !

Maar de views die je onderweg meekrijgt zijn onbetaalbaar en zijn het zeker waard.

In Port Quin, ook een van die kleine haventjes kan je nu bij de National Trust cottages huren. Ik heb er gewoon mijn boterhammen gegeten. De terugweg naar Port Isaac was meestal een pak minder lastig om te wandelen maar ik heb toch nog genoeg acrobatentoeren moeten uithalen om heelhuids beneden te geraken.

Na de wandeling nog wat rondgeslenterd in Port Isaac zelf om dan, na een heel geslaagde dag, terug te keren naar mijn basis in Newquay.

IMG_9038.JPG

IMG_9048.JPG

IMG_9117.JPG

IMG_9212.JPG

endo.JPG

Tintagel

Er wordt me wel eens gevraagd waarom ik elk jaar de oversteek maak naar het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland. Een overtocht die, gevolgd door 600 km autostrade, toch wel vermoeiend moet zijn want ik viel gisteren als een blok in slaap.

Maar het antwoord op de vraag is heel simpel : ik maak de oversteek voor dagen zoals vandaag.

Na een full Cornish breakfast de wandelschoenen ingepakt en vertrokken naar Tintagel. Tintagel heette vroeger Trevena maar in de helft van de negentiende eeuw besloot het Postkantoor (dat je trouwens ook kunt bezoeken) om voortaan de naam Tintagel te gebruiken. Waarom is niet duidelijk.

Tintagel is vooral bekend van zijn kasteel en nog meer van zijn connecties met Koning Arthur en de Ridders van de Ronde Tafel. Volgens Geoffrey of Monmouth zou de vader van Arthur, Uther Pendragon, naar Tintagel gekomen zijn om de moeder van Arthur te bezwangeren. Althans, zo staat het toch in zijn Historia Regum Britanniae uit de twaalfde eeuw.

Het is in ieder geval één van de grootste toeristische trekpleisters uit de buurt.

Het was de bedoeling dat ik twee wandelingen zou doen … eentje van 9 km en eentje van 6 km. Ik had me echter (weer) misrekend aan het terrein. Stijgen en dalen over smalle paden met soms heel gladde rotsen. Bijzonder mooi maar ook bijzonder lastig. Een bezoekje aan Tintagel Castle en Merlin’s Cavern moest er natuurlijk ook bij.Uiteindelijk had ik toch 11,4 km.

Maar het was genieten … puur genieten. Tintagel is niet voor niets mijn favoriete plekje van dit eiland.

IMG_8826.JPG

IMG_8867.JPG

IMG_8875.JPG

IMG_8953.JPG

IMG_8976.JPG

endomondo2.JPG

Naar Cornwall

Eindelijk was het gisteren zover … de grote vakantie.

Ik moet zeggen dat ik er even niet gerust in was. Er waren eerst de problemen met het vinden van een hotelkamer. Eerste keuze … geen plaats. Tweede keuze … geen plaats. Uiteindelijk hadden ze toch een plaatsje gevonden in een B&B. Dan kwam het bericht dat de ferry “stuk” was. Of ik via Rotterdam wilde vertrekken? Uiteraard was het antwoord “ja”.

En zo stond ik gisteren om half vijf niet in Zeebrugge maar wel in Rotterdam-Europoort te wachten op inscheping. Samen met enkele juweeltjes van auto’s en scooters. Alleen jammer dat het de Pride of Rotterdam is en niet de Pride of Bruges of de Pride of York. De Rotterdam mag dan al nieuwer en chiquer zijn, “onze” ferries zijn toch gezelliger. Gelukkig had ik het gezelschap van Charles Palliser om de avond door te komen.

Na een vlotte ontscheping en de traditionele file op de A63 zat ik al snel op de snelweg. Bijna 600 km lang. Maar ik heb ervan genoten. Rustig cruisen tegen 100 à 110 km per uur, af en toe eens stoppen op een parking om even te rusten, iets te eten of te drinken. Verrassend was de parking in Gloucester. Geen McDonalds of Burgerking, geen Subway, geen W.H.Smith, geen Waitrose, geen KFC maar wel een restaurant waar je vers bereid eten van lokale ingrediënten kon eten en waar ook een grote “farmer shop” was. Volledig ondergestopt zodat het niet stoort in de omgeving. Echt leuk.

Geen enkel probleem gehad onderweg, ook al heb ik moeite moeten doen om niet af te slaan naar The Jamaica Inn. En nu zit ik dus in Cornwall in The Cove Guesthouse in Newquay. Heel warme ontvangst gehad dus ik denk dat ik het hier wel naar mijn zin ga hebben. Morgen begint de echte vakantie.

IMG_0353.JPG

IMG_0363.JPG

IMG_0372.JPG

WP_20170613_12_43_53_Pro.jpg

WP_20170613_16_54_14_Pro.jpg

Pallieterland

Eerste dag van mijn zomervakantie, ’t is te zeggen, mijn eerste zomervakantie. In september volgt er immers nog één. Da’s nu één van de voordelen van in de verzekeringssector te werken … veel vakantie.

Vóór ik maandag de oversteek naar Engeland maak ben ik vandaag nog eens op pad geweest met BFF Conny. En dan wel naar één van onze favoriete wandelstekjes, voor zover het niet onze echt absolute favoriet is : de Grote Nete op de grens tussen Booischot en Hulshout. We zijn daar al verschillende keren gaan wandelen en het is er echt wondermooi, welk seizoen je ook kiest. Vandaag kozen we een Pasar-wandeling die ik van hun website had geplukt.

We vertrokken zoals gebruikelijk aan de Pallieterhoeve langs de oevers van de Nete richting Heist op den Berg. Aan de brug van de Herentalsesteenweg hielden we na 4km voor de eerste keer halte : Café Looidijk, een klein volks café zoals je er niet veel meer kan vinden. Maar ze hadden er wel de juiste cola.

Toen we onze tocht verder wilden zetten was er even twijfel. Ik dacht eerst dat we via de andere oever zouden teruggaan maar de eTrex was het daar niet mee eens. We doken de “wildernis” in. Een bijzonder mooie stukje natuur volgde. Heel mooi maar ook verraderlijk met oneffenheden en putten die werden verborgen door het hoge gras. We passeerden ook de Kaasstrooimolen.

Toen er 8 km op de teller stond waren we bijna in het centrum van Hulshout. Perfecte gelegenheid om even van het parcours te gaan en nog eens een terrasje te doen, deze keer in Café Café (dat heet dus echt zo, dat is geen typfout van mezelf). ’t Was ook kermis in het dorp maar veel beweging was er niet.

De laatste vier kilometer brachten ons terug naar de Pallieterhoeve, voornamelijk via de oevers van de Nete. Met 13,13 km sloten we onze wandeling af op het gezellige terras.

IMG_8787.JPG

IMG_8790.JPG

IMG_8798.JPG

pallieter.JPG

De volgende wandeling zal ergens voor woensdag zijn, hopelijk in Tintagel, mijn favoriete plekje in het Verenigd Koninkrijk.

Tussendoortje

Dan krijg je van je beste vriendin een boek om mee te nemen op vakantie. In mijn geval De Quincunx van Charles Palliser, een knaap van zo’n 800 pagina’s.

Dan ben je een boek aan ’t lezen en lees je daarvan de laatste pagina’s op woensdag avond.

Wat doe je dan nog op de treinritten van donderdag en vrijdag ? Je kan nog niet aan het vakantieboek beginnen. Dat mag immers pas in de vakantie (en het is trouwens ook letterlijk te zwaar om mee te nemen op de trein).

Maar twee dagen pendelen zonder lezen kan eigenlijk ook niet .Gelukkig is er dan Linda van Rijn. Zij schrijft van die lekker korte thrillers. Vakantievrienden is er zo een van, al is deze met z’n 100 pagina’s misschien meer een short story in plaats van een boek.

Mieke en Thom Zuidkerken grijpen hun jaarlijkse kampeervakantie met de twee kinderen in Frankrijk aan om te proberen hun huwelijk te redden. Thom is immers vreemdgegaan.

Het schijnt hen echter niet te lukken. Thom lijkt meer geïnteresseerd in zijn iPad en Mieke heeft het verdomd moeilijk om de misstap van Thom te vergeven.

Dan maken ze, via de kinderen, kennis met Wendy en Ewoud. Plots lijkt haar huwelijk niet meer zo belangrijk. Mieke voelt zich enorm aangetrokken tot de spannende en intrigerende Ewoud.

Maar die blijkt een geheim met zich mee te sleuren …

Dit boekje was het perfecte tussendoortje. Kort maar toch spannend en leuk om te lezen (net als de andere boekjes van Van Rijn).

En zo kan ik maandag, tijdens de overtocht van Rotterdam naar Hull beginnen aan mijn vakantieboek. Lezen, wandelen en vermoedelijk een paar kastelen bezoeken. Meer moet een vakantie niet zijn.

vakantievrienden groot.jpg

Moordvrienden

In de Opel-dierentuin in Königstein-im-Taunus wordt een menselijke hand gevonden in het olifantenverblijf. Er worden nog meerdere menselijke resten gevonden. Rechercheurs Oliver von Bodenstein en Pia Kirchhoff vinden de rest van het lichaam in een aangrenzende weide waar de Dierentuin gras maait.

Het slachtoffer blijkt Hans-Ulrich “Ulli” Pauly te zijn. Populaire docent (bij zijn leerlingen) maar ook gevreesd en misschien zelfs gehaat milieuactivist. Hij verzette zich niet alleen tegen de aanleg van de B8 of tegen het bestaan van dierentuinen. Hij dreigde ook om een grootschalige corruptie aan het licht te brengen.

Aan verdachten geen tekort. De bankdirecteur, de directeur van de zoo, de bouwondernemer, een bende jongeren … Dan vallen er nog slachtoffers. Voor Pia wordt het een moeilijke zaak en Bodenstein twijfelt zelfs aan haar objectiviteit. Dan wordt Pia ontvoerd door de moordenaar. Maar wie is dat? En komt Bodenstein op tijd om haar te redden?

Moordvrienden is het tweede boek in de reeks rond het rechercheursduo Von Bodenstein-Kirchhoff. Net als Een onbeminde vrouw, moet je ook hier weer geen diepgaande psychologische thriller verwachten maar wel een ontspannende krimi. Zo eentje die je op zondagavond op ARD of ZDF ziet. Ontspannend maar toch ook spannend. Wat ik perfecte treinliteratuur noem.

Het einde van dit boek had Nele Neuhaus iets beter mogen uitwerken wat mij betreft maar verder was het best aangenaam lezen.

moordvriendengroot.JPG

 

Paul Weller

revolution.JPG’t Is gebeurd. Het concertvoorjaar is een feit.

Gisteren hebben we de verplaatsing naar Brussel nog eens gemaakt. We zijn wel vroeger vertrokken dan gewoonlijk. Het voorprogramma, Jacle Bow, begon er immers al om 19u10 aan. Nu is op tijd komen gelukkig één van onze specialiteiten. Vijf minuutjes vóór de deuren open gingen stonden we op de Anspachlaan. Na de veiligheidscontroles, die begrijpelijk strenger waren dan enkele weken terug, hadden we onze favoriete zitplaatsen verovert.

Wat kan ik zeggen over Jacle Bow? In 2015 waren ze finalist in De Nieuwe Lichting van Studio Brussel maar winnen deden ze niet. Verder kan ik zeggen dat ze gewoon heel goed zijn. Eén van de betere opwarmers die we al aan ’t werk hebben gezien.

Stipt om 20u10 was het dan de beurt aan de Modfather himself … Paul Weller. Vroeger van The Jam en The Style Council, nu van zichzelf. Mijn verwachtingen voor dit concert waren hoog gespannen, misschien te hoog. Maar hij heeft mij niet teleurgesteld. Vanaf de eerste noot was het genieten. Na bijna twee uur zijn we doorgegaan. Hij moest dan nog wel een twintigtal minuten spelen maar het was vandaag wel “werkendag” en we zijn tenslotte geen twintig maar. Zonder risico ging dat deze keer helaas niet. Er waren immers weer veel van die vervelende trapzitters.

Samen met Jools Holland en Paul Carrack maakt Paul Weller mijn top drie van het voorjaar volledig. Nu moet ik wel zeggen dat we dit jaar nog geen tegenvallers hebben gehad, tenminste niet bij de hoofdacts. 23 groepen heb ik aan het werk gezien dit jaar. In de tweede helft van het jaar volgen er (voorlopig) nog 25.

En we werken ook al aan 2018. Winterland 76, The Bootleg Beatles en Nits stonden al geboekt. Daar heb ik vandaag nog een groep aan toegevoegd namelijk … Nits. Maar deze keer dan niet in de AB maar wel in de Verkadefabriek in ’s Hertogenbosch. Eind vorig jaar zijn we ook naar Den Bosch getrokken om hen daar aan het werk te zien, zij het dan aan de overkant van de straat in de Willem II fabrieken. Maar toen hebben we ons echt moeten afjagen om de stad te zien en hebben we niet echt kunnen genieten. Volgend jaar komen ze net tijdens het Paasweekend. De ideale gelegenheid om uitgebreid de tijd te nemen en de stad beter te leren kennen.

Pikhakendonk

IMG_8718.JPGTussen een festivaldag en een concertdag was er tijd over om nog eens een wandelingetje te doen, zij het een korte.

Plaats van afspraak was Rijmenam. Na een kort stukje langs de oevers van de Dijle kwamen we dan op het Pikhakendonk wandelpad.

Er volgde een heel mooie wandeling door dit 9 hectare groot natuurgebied in Boortmeerbeek. Vandaag heel fotogeniek dankzij het prachtige wandelweer. Ik hoop zo dat ik volgende week in Cornwall hetzelfde soort weer heb. Niet te warm en zalige wolken. Het was “maar” 8 kilometer. We zijn langere afstanden gewoon maar dat was niet zo voor iedereen in het gezelschap.

Na de vermoeiende festivaldag van gisteren mocht het wel iets minder zijn vandaag.

IMG_8719.JPG

IMG_8730.JPG

IMG_8742.JPG

pikhakendonkwandeling.JPG

Veu de sfeer

IMG_0200.JPGHet concertvoorjaar zit er bijna op. Morgen gaan we nog naar de Modfather Paul Weller maar gisteren hebben we onze eerste festival van de zomer gedaan : Gladiolen in … Olen.

Heel toevallig een op hun website terechtgekomen, gezien dat het Zesde Metaal op het programma stond en onmiddellijk besloten dat we daarvoor best 20 euro (TWINTIG!) voor over hadden. Ook op het programma : Milo Meskens, Delv!s en Clement Peerens Explosition.

Zoals altijd waren we ruim op tijd op de festivalsite. En hoewel er tijdens het eerste optreden nog niet echt veel volk in de tent stond hadden we al direct te maken met het irritante neveneffect van festivals … geroezemoes. Op concerten heb je daar veel minder last van mar er zijn helaas veel mensen die naar festivals gaan “voor de sfeer”. Zij vinden het dan ook normaal dat je in de tent staat te zeveren en te zuipen. Als de artiest dan begint aan zijn set moet je luider praten want anders versta je elkaar niet. Het stoort me enorm.

Maar terug naar het eerste optreden : Milo Meskens. Deze heel jonge snaak bracht een mooie set die heel genietbaar was. Mooie stem, mooie liedjes en twee sterke muzikanten achter hem (Utrechtenaars trouwens). Die veertig minuten hadden er gerust meer mogen zijn.

IMG_0108.JPG

Het tweede optreden, dat van Delv!s, begon met ruim twintig minuten vertraging. Er waren blijkbaar problemen met het geluid tijdens de soundcheck. Toen hij aan zijn optreden begon waren die trouwens nog niet volledig opgelost waardoor de zangpartijen tijdens het eerste kwartier nauwelijks boven de muziek uitkwamen. Heel jammer want de man kan echt wel zingen. Muzikaal deed hij mij vooral denken aan Mick Hucknall en Simply Red. Ondanks de problemen al bij al toch een geslaagd optreden.

IMG_0128.JPG

Dan was het de beurt aan de Westvlamingen van het Zesde Metaal. Heel goed optreden maar, omwille van de storende achtergrondgeluiden en toch ook wel een beetje de “storende” mensen in onze omgeving willen we ze zeker nog eens terugzien in een concertzaal of cultureel centrum. Vooral hun rustigere nummers kwamen niet volledig tot hun recht.

IMG_0197.JPG

Onze avond werd afgesloten door CPeX met Clement, Sylvain en Lady Dave. Hard, snel, grappig en ambiance. Gelukkig hadden we voor dit optreden besloten om achteraan in de overvolle tent te blijven staan. ’t Was plezant, daarmee is alles gezegd denk ik. Al kun je er niet naast dat den Hugo een genie is.

IMG_0317.JPG

We zijn niet meer blijven wachten op Milow of de Jeugd van Tegenwoordig.