Lier, Poort der Kempen (en die poort staat op de rotonde van de Antwerpsesteenweg als je ze eens wil zien).
Lier was ook de locatie van de laatste wandeling van de laatste dag van onze – te korte – vakantieweek.
Ik heb een speciale band met Lier. Ik heb er immers 6 jaar school gelopen en ik heb er gedurende die 6 jaar ook op internaat gezeten. Mijn ene groottante, Tante Nonneke, was er kloosterzuster bij de Zwartzusters en mijn andere groottante, Tante Pauline, woonde er in bij “Mijnheer Jean”, de man die ze jaren gediend heeft maar die, toen tante Pauline ouder werd een beetje de rollen omkeerde. Elk jaar gingen we naar Lier om er tijdens de foor Brusselse Wafels en warme rek te eten. Mijn vader zaliger is zijn hele leven lang supporter geweest van S.K. Lierse en tot slot ben ik jaren aan een stuk elke dinsdag naar Lier gereden om ’s avonds met loopbuddy Sally enkele kilometers te gaan joggen.
Wandelen in Lier valt zelden of nooit tegen. Zelfs niet wanneer het weer niet echt meezit zoals gisteren het geval is.
Je kan naar de polders of naar Anderstad wandelen. Of via de Nete richting Kessel of Nijlen. Of je kan door de binnenstad wandelen en dat hebben wij gedaan. We kozen niet voor de Scandinavië toer en misten zo de verhalen over de Vikings, koning Christiaan II en Olav Engelbrektsson, de laatste katholieke aartsbisschop van Noorwegen. De Spaanse wandeling (Filips de Schone met Johanna van Castilië zijn in Lier getrouwd) zal ook voor een andere keer zijn.
Wij lieten ons leiden door “Verrassend Lier”, een wandeling , een wandeling langs een dertigtal historische gebouwen die werd samengesteld naar aanleiding van Open Monumentendag 2020.
Een heel mooie wandeling die ik een beetje had uitgebreid met een stuk van de Palingvisserwandeling. Maar het was toch vooral een nostalgische wandeling. Daar was vroeger dat café, daar was Het Voske, de snoepwinkel waar op vrijdagmiddag een paar curryworsten ging eten omdat de vis op internaat niet te eten was, daar was Lowietje waar we onze sigaretten kochten, daar was IJs Jean waar ik zo vaak een Napolitano kocht …
En ik kon ook nog eens kijken naar wat er nog overblijft van het Internaat dat momenteel volledig wordt verbouwd. Enkel het skelet staat er nog maar het was nog overduidelijk waar de cinema was, waar de slaapzalen met hun chambretten waren, waar de studiezaal was ,de ontspanningsruimte … Ik heb er 6 jaar graag “gewoond”.
Meer info over de wandelingen zijn trouwens terug te vinden op de website van de Stad Lier.