Sommige stripverhalen vind je nauwelijks op stripbeurzen of zelfs in stripwinkels. Gelukkig bestaat er Ebay en zijn er daar enkele personen die ze wel aanbieden.
Het gaat dan vooral over verhalen uitgebracht in OHEE, het jeugdblad dat jaren door Het Volk werd uitgegeven. In de seventies viel OHEE elke week bij ons in de brievenbus, later werd dat OHEE Club. Als jonge snotter verslond ik die verhalen maar zoals wel vaker wanneer je jong bent, behandelde ik ze niet met zachtheid.
En nu, zoveel jaar later begin ik ze terug te kopen. Niet alleen de verhaaltjes die ik zelf nog gelezen heb, ook verhalen die werden uitgegeven vóór ik geboren werd of net daarna.
Zo heb ik de afgelopen week weer een pakje gekregen met daarin 4 OHEE’s die maar een halfjaartje jonger zijn dan mezelf. Eén van de hofleveranciers van Ohee was Frank Sels. In zijn beginjaren werkte hij bij Studio Vandersteen als inkter van De Rode Ridder en Karl May, later werkte hij mee aan Bessy. Bekend is hij vooral van Zivlerpijl (die ook veelvuldig in Ohee verschenen). In 1986 pleegde hij, op 44 jarige leeftijd zelfmoord.
Bij mijn recente aankopen zaten drie verhalen die werden getekend door een jonge Frank Sels. Het oudste verhaal dateert van 3 juli 1965 en vertelt het verhaal van Sitting Bull, het grote opperhoofd van de Sioux.
Wat ik bijzonder vind aan deze oude verhalen, naast het feit dat ze nog in perfecte staat verkeren, is de geur. Moderne stripverhalen hebben een synthetische geur. Ze stinken dus. Oude stripverhalen daarentegen hebben een aroma. Ik kan het niet omschrijven maar het heeft iets aangenaams. Het kan natuurlijk ook gewoon nostalgie zijn.