Tussen Zenne en Dijle (vogels in de mist)

Na een week van snipverkoudheid had ik vandaag een snipperdag.

Op het programma stond een “langere” wandeling met vertrek in het Vrijbroekpark in Mechelen. Nadat ik me door de verkeerschaos in de buurt van de E313 had geworsteld kwam ik een halfuurtje te laat aan in Schriek waar ik Conny zou oppikken aan haar garage.

Het was nog grijs en mistig toen we iets over halftien vertrokken aan knooppunt 283 in het Vrijbroekpark. Niet zoveel later stonden we op het jaagpad langs de Zenne en dat zouden we blijven volgen tot aan het Zennegat.

Aan het Zennegat staken we via het bruggetje het kanaal Leuven-Dijle over om onze weg verder te zetten op het jaagpad langs de Dijle. Via een “vettig” paadje naast de E19 kwamen we uiteindelijk terug aan in het Vrijbroekpark.

Daar vonden we eindelijk een gelegenheid waar een warm drankje konden nuttigen. De cafeetjes onderweg waren immers telkens gesloten.

Toch was het weer een leuke wandeling. Door het “slechte” weer was ze trouwens ook heel sfeervol. Het leek wel of we door de crime scene van zo’n Britse misdaadserie liepen. Met momenten kwam het vrij dicht in de buurt van de moors in de buurt van de Jamaica Inn van Daphne du Maurier.

IMG_5758.jpeg

IMG_5780.jpeg

IMG_5812.jpeg

Marc Sleen

Voor hen die het gemist hebben, vandaag werd Marcel Honoré Nestor Ridder Neels begraven.

Marcel is bij het grote publiek beter bekend onder zijn alias … Marc Sleen. En dus ook als geestelijke vader van Nero & C°.

Sleen is dan ook prominent aanwezig in mijn stripcollectie. Ik heb immers niet alleen 216 Nero-albums (het mysterieuze nummer 53 bezit ik helaas (nog) niet) maar ook nagenoeg alle beschikbare albums van Piet Fluwijn en Bolleke, De Lustige Kapoentjes, Doris Dobbel, Oktaaf Keunink, Fonske, Stropke en Flopke en Tom en Tony. In totaal goed voor ruim 300 albums ofte 8% van de totale collectie.

Mijn grote jeugdheld was wel Jommeke van Jef Nys (die trouwens ook goed is voor 8% van mijn stripcollectie). Ik ben pas veel later fan geworden van het werk van Sleen. Nero was dan ook niet echt een strip voor kinderen. Daarvoor zaten er teveel verwijzingen naar de politieke actualiteit in de verhalen.

Ook al is het laatste Nero-verhaal verschenen in 2002 verliest de stripwereld toch één van zijn grootste namen. Samen met Jef Nys en Willy Vandersteen heeft hij toch voor lange tijd de Vlaamse Stripwereld beheerst. Voor mij persoonlijk komen daar nog Pom (Piet Pienter en Bert Bibber), Buth (Thomas Pips), Rik (Dees Dubbel) en Bob Mau (Kari Lente) bij.

nero.JPG

Boeken

Excuses, excuses, excusesembarassed.

Stel ik toch wel vast dat de Boekenbeurs vandaag de deuren sluit zeker. Maar erger nog, ik stel ook vast dat ik mijn traditionele klaagzang over dit evenement achterwege heb gelaten.

Het zal wel te maken hebben gehad met de ongelooflijk drukke tijden momenteel. Twee dagen opleiding in Tervuren met daaraan uren file verbonden en tussen die twee dagen nog naar een heel goed concert van Nathaniel Rateliff. Dat gecombineerd met de traditionele “kop vol snot in november” (ik loop al enkele dagen potdoof rond als een soort zombie) maakt dat ik gewoon heel moe ben, misschien wel te moe om de klagen over de Boekenbeurs.

Maar ik ga het toch even doenwink. Ik begrijp nog altijd niet waarom zoveel mensen naar die beurs gaan. Het zou toch de bedoeling moeten zijn om het boek te promoten? Ik vind 10 euro inkom vragen en boeken verkopen aan prijzen die vaak hoger liggen dan in de winkel niet echt promotie. Akkoord, het autosalon is ook niet gratis maar daar slaan ze met de kortingen om je hoofd.

Soit, ik ben niet geweest en zal trouwens ook nooit meer gaan. In December staat er nog wel een bezoekje aan het Boekenfestijn in Mechelen op het programma maar daar blijft het bij. En de rest van mijn boeken koop ik wel in de boekhandel of via internet.

bbeurs.JPG

Vertraging

Vraag aan een automobilist-pendelaar waarom hij niet met de trein gaat werken en zijn antwoord zal iets zijn in de trant van “de treinen hebben toch altijd vertraging” of “de treinen rijden toch nooit op tijd”.

Ik begrijp die mensen dus absoluut niet, zeker niet na zelf twee dagen te hebben gependeld met de auto. Niet naar Antwerpen maar wel naar Tervuren!

Ik mocht immers een tweedaagse cursus gaan volgen in het SAS-institute in Tervuren. Maandag goed op tijd vertrokken. Ik koos immers voor de “vermijd snelwegen route”. Veel heeft me dat niet geholpen. Normaal gezien zou ik voor die route anderhalf uur hebben nodig gehad. Ik heb er … DRIE uur over gedaan waarbij een dik uur over de laatste 6 kilometer. Dat is dus ANDERHALF UUR vertraging.

’s Avonds moest ik na de opleiding naar Mechelen om daar de trein naar Brussel Centraal te nemen. Nathaniel Rateliff trad immers op in de AB. Normaal heb je 40 minuutjes nodig om de afstand Tervuren-Mechelen te overbruggen. Ik had ruim een uur nodig. Een “vanaf-hier-is-de-weg-volledig-afgesloten-en-we-zeggen-niet-hoe-de-omleiding-loopt” bord was op deze trip de grote schuldige.

De tweede dag van de opleiding verliep “iets” vlotter. Vanochtend maar een half uur in file gestaan, ondanks het feit dat ik via de E19 en de Brusselse Ring ben gereden. En ook vanavond “maar” 40 minuten vertraging.

Ik reis veel met de trein en ik geef toe dat er veel kan worden verbeterd aan de Belgische Spoorwegen maar ik heb nog nooit, NOOIT, zoveel vertraging gehad op zo’n korte tijd. En als er dan vertraging is … dan maakt het niet veel uit want meestal heb ik een spannend of interessant boek bij en weet ik mijn tijd nuttig te vullen.

Pendelen met de auto ? Ik ? Neen bedankt.

vertraging.JPG

Tussen Vaart en Dijle

De buienradar heeft zich vergist vandaag! Normaal gezien zou ik daar boos over zijn maar vandaag niet. Er werd immers vanaf 14u lichte regen voorspeld in Boortmeerbeek. Laat ons daar nu 3 uur te hebben gewandeld, tussen 14u en 17u en we hebben geen druppel regen gezien of gevoeld. Wel hebben we bijna 12 km gewandeld in de omgeving van Boortmeerbeek.

Een streek waar we zelden komen om te wandelen maar dat blijkt ten onrechte te zijn. Het was immers een mooie wandeling, een mooie maar wel “andere” wandeling. Het is moeilijk uit te leggen. Enerzijds zaten we bijna constant in de mooie natuur maar anderzijds waren industrie- en woongebieden nooit veraf.

Toch hebben de organisatoren van de Boortmeerbeekse KWB een zware fout gemaakt. De “rust” onderweg was in een gezellig volkscafé “De Brug”. Toen we echter iets voor vijven terug aan de KWB-chalet kwamen was daar alles al aan de kant gezet. Geen “after-walk-tea” dus. Toch wel een minpuntje vinden we.

De terugweg naar huis verliep, net als de heenrit, in de regen … veel regen.

wandelen 20161106.JPG

IMG_5678.jpeg

IMG_5727.jpeg

IMG_5728.jpeg

 

Three Sisters, Three Queens

Baynard’s Castle, London, England, November 1501.

De twaalfjarige prinses Margaret Tudor maakt zich klaar om Catharina van Aragon te ontvangen. Deze Spaanse prinses is immers voorbestemd om te huwen met de troonopvolger van Engeland, Arthur Tudor, Prince of Wales. Ooit zal Catharina dus koningin van Engeland worden.

Margaret zelf is dan weer voorbestemd om koningin van Schotland te worden. Zodra ze oud genoeg is zal ze immers trouwen met James IV, koning van Schotland en 25 jaar ouder dan Margaret. Henry, de vier jaar jongere broer van Margaret en Mary, haar zeven jaar jongere zusje zijn nog te jong om alles te beseffen.

Lang duurt het huwelijk echter niet want nauwelijks een jaar later overlijdt Arthur. Catharina doet al het mogelijke om in Engeland te blijven en dat kan enkel wanneer ze kan trouwen met de jonge Henry. Daar zal ze nog 8 jaar op moeten wachten. Als in 1515 de jongste zus Mary huwt met de koning van Frankrijk zijn de drie “zussen” ook drie koninginnen . Elk van hen zal geluk kennen maar ook veel miserie en verraad.

In Three Sisters, Three Queens vertelt Philippa Gregory het verhaal van de drie zussen vanuit het standpunt van de minst bekende en minst gedocumenteerde van de drie : Margaret Tudor. Het begint met de aankomst van Catharina van Aragon, oftwel Catharine van Arrogant zoals Margaret haar noemt. En het verhaal eindigt met het huwelijk van Henry VIII met Anna Boleyn.

Op haar typische manier weet Gregory ook nu weer feiten en fictie op een zodanige manier met elkaar te verweven dat het onderscheid tussen de twee zo goed als niet vast te stellen is. Het lijkt wel alsof je gewoon het dagboek van Margaret leest.

Vóór ik aan de volgende Engelse klepper begin (The Plague Charmer van Karen Maitland) ga ik toch nog snel een paar boekjes in mijn eigen taal lezen. Aan “Het Nassau geheim” van Gregg Loomis ben ik op weg naar huis al begonnen. En vandaag zijn er ook nog 5 boekjes van Linda van Rijn toegekomen.

sisters2.JPG