Vandaag was het echte lenteweer, prima weer om te gaan wandelen.
Wij kozen voor Heindonk en meer bepaald voor wandeling nummer 31 uit de 75 wandelingen uit het mooie wandelboek van Conny. Vertrekken deden we in het pittoreske centrum van Heindonk. Slechts een paar kilometer verwijderd van de altijd drukke en lawaaierige E19, N16 en A12 maar zelf een rustig dorpje.
Kort na het vertrek stonden we aan de oevers van het Hazewinkelmeer, de meer dan twee kilometer lange watersportbaan waar het een drukte van jewelste was. Nou ja … drukte is relatief natuurlijk. Zoveel lawaai maken die roeiboten nu ook weer niet. Het blijft wel een indrukwekkend zicht, zo’n acht met stuurman. Zeker wanneer er drie, Nederlandse, boten aan het trainen waren. We hebben dus mogelijk Olympische medaillewinnaars gezien. Zij behaalden immers brons op de spelen van Rio.
Na de atleten te hebben bewonderd verlieten we de watersportbaan om onze wandeling verder te zetten in Het Broek, volgens de beschrijving in het boek “zonder twijfel het mooiste natuurgebied uit heel de regio”. Wel, het boek had gelijk. De opeenvolging van kleine vijvers en moerassige gebieden maakten het tot een heel mooie wandeling. Het weer hielp natuurlijk ook een handje.
Het was er niet alleen mooi, het was er ook heel rustig. In tegenstelling tot de afgelopen twee jaar hebben we dit jaar nog weinig of geen “georganiseerde” wandelingen gedaan. We trekken er liever met z’n tweetjes op uit. De wandelingen zijn even mooi of zelfs mooier maar er loopt vooral veel minder volk rond. Niets zo erg dan veel volk op een wandeling.
Het nadeel is dan wel dat we vaak geen café tegenkomen om iets te gaan drinken maar een bankje midden in de natuur, al dan niet aan een kapelletje zoals vandaag, waar je in het zonnetje kunt genieten van een flesje water is genoeg voor ons. Zoals Karl Vannieuwkerke pleegt te zeggen: je moet genieten van de kleine dingen in het leven. Vandaag is ons dat zeker gelukt.