Ik heb nog wat verlofdagen staan met als gevolg dat ik al eens een weekje niet moet werken.
Omdat Conny wel moet werken ben ik vandaag nog eens op stap geweest met moeder. Zij wilde nog eens graag gaan eten in de Abdij van Postel.
Daar kan je ook wandelen maar de korte wandeling hebben we daar al dikwijls gedaan en die is eerlijk gezegd eerder saai.
Waarom dan niet naar het centrum van Mol en een stadswandeling doen?
In Mol hebben ze de “Spijkers met koppen” wandeling. Een wandeling waarbij je “spijkers” in de grond volgt om zo via informatieborden een beetje op te pikken van de geschiedenis van Mol.
De gemeente is voortgekomen uit de Voogdij Mol, Balen en Dessel, die in de Napoleontische tijd werd opgeheven en waarbij Balen en Dessel zelfstandige gemeenten werden. Het gebied van Postel, tot dan toe zelfstandig bezit van de Abdij van Postel, werd bij de gemeente gevoegd en in 1818 werd ook de Geelse enclave Millegem aan Mol toegevoegd, waarmee het de meest uitgestrekte gemeente van België werd. De bijnaam van de Mollenaars is “Sopweikers”.
Hoelang Mol bestaat, is niet geweten, maar het gebied wordt al duizenden jaren bewoond. In de middeleeuwen was de streek gekend als Molle. De eerste lettergreep (Mol) verwijst naar de mulle zand. De tweede lettergreep (le) betekent “beboste hoogte”. Sinds wanneer het gebied omschreven werd als Molle is evenmin geweten, maar men vermoedt rond 54 voor Christus, na de opstand van de Eburonen. En de bewoning door hun nog overlevende nakomelingen en opvolgers: Toxandriërs en Tungri. (Bron: Wikipedia)
Als je wandeling zou doen, druk dan zeker een plannetje af of zet de wandeling in één of andere app of GPS. De spijkers zijn vaak verwarrend en op sommige plaatsen lijken ze verdwenen. Straatnaambordjes kosten blijkbaar ook veel want in Mol zie je er niet zoveel.
Na de wandeling nog snel een koffietje gedronken “Onder den Toren” en dan heel smakelijk gaan eten aan de Abdij van Postel.
De wandeling:

Enkele foto’s























